Texas lijdt onder een koudegolf. Die veroorzaakte een megastroompanne wat op haar beurt leidde tot het uitvallen de talrijke olieraffinaderijen in de staat. En door de koude in aanpalende regio’s steeg de vraag naar olieproducten…
Dat alles zorgde dus voor een gestegen olieprijs op de internationale markt. Waren we vorige week al verwonderd over het feit dat de Brent het 60$-plafond door ging, dan stegen de prijzen intussen door naar 65$/bbl. Dat zal u de komende dagen aan de pomp voelen. Aangezien de koudegolf uiteraard tijdelijk is, zal ook de prijs wellicht dalen eens dit achter de rug is.
Vorige week berichtten we over het historisch gegeven dat de CO2-emissies naar 40 €/ton waren gestegen. Dat was op woensdag even gebeurt, maar vorige vrijdag lag de officiële slotkoers net op die 40 €-grens. De voorbije week was er een van beperkte handel, waardoor prijzen weer daalden naar een toch nog steeds relatief hoge 38 €/ton.
Na enkele dagen van dalende gasprijzen deed de Texas-koudegolf gisteren de gasprijzen opveren. Door het stilvallen van de Amerikaanse LNG-export stijgt de kost dus ook voor leveringen aan Europa. We sloten gisteren af aan 16,928 €/MWh voor Cal+1. Ook alle overige termijnnoteringen gingen omhoog. Anderzijds, de plots fors gestegen temperaturen in West-Europa leidden tot fors dalende spotprijzen.
Elektriciteitsprijzen bleven onder al dit geweld redelijk stabiel: als gas duurder wordt, maar tegelijk CO2 goedkoper dan is het effect op stroom een status quo. Een opvallende vaststelling is intussen wel dat de stroomprijs voor 2024 (48,81 €/MWh) lager noteert dan deze voor 2022 (49,56 €/MWh) terwijl die op haar beurt weer lager noteert dan deze voor 2023 (51,29 €/MWh). Eens te meer een bewijs dat er niet altijd veel logica achter de prijssetting zit.
(Bron: Energiejournaal.be)